Donderdag 9 mei 2019
Blijf op de hoogte en volg Jan Marten en Joke
11 Mei 2019 | Oostenrijk, Prutz
totaal 930 km
Vandaag gaat het over twee momenten die mij zijn opgevallen. Over beleefdheidsvormen wij in Nederland niet kennen.
In deze streek gebruikt men naast ‘Grüss Gott’ ook ‘Servus’ als groet. ‘Servus’ (dienaar), wat in het kort betekent: ik sta u ten dienste, ik ben uw dienaar.
Het leek mij een versleten groet, net zoals bij ons ‘Ajuu(s)’, dat van ‘Adieu’ komt. Hier in het Duits is dat geworden tot ‘Tschüss’.
Maar sinds vandaag begrijp ik dat er toch wel degelijk een andere houding aan ‘Servus!’ ten grondslag ligt.
Als we het plaatsje Murnau binnenrijden, vallen ons de enorme aantallen scholieren op. Van tien tot zestien jaar schat ik ze. Er zijn zo te zien meerdere scholen. Het is lunchtijd. In mijn tijd at je je broodtrommeltje leeg en kocht je daarna in de kantine nog wat snoep voor vijf of tien cent.
Maar de scholieren in Murnau lopen ons met tientallen tegemoet met een flink broodje van de döner. Dat moet wel een grote zaak zijn. Tweehonderd meter verderop blijkt echter dat het een soort stalletje is. Er staat een rij van twintig meter aan scholieren.
Als we dit al lekker zouden vinden, zouden we in ieder geval niet in de rij aansluiten. Duurt veel te lang. We gaan nu verder, het stadje in. Ook het centrum is een en al scholierenparadijs. Ze staan voor het ene restaurant na het andere. Ook het Eiscafé wordt druk bezocht. En heus, het gaat echt over honderden kinderen! Het lijkt wel één grote kantine.
Aan een groepje jongeren dat zit te smikkelen op een bankje, vragen we naar een restaurantje waar ze soepjes verkopen.
Één van de meisjes beantwoordt onze vraag en wijst duidelijk de weg naar de soepjeswinkel. Maar wat mij opvalt: voor ze ons antwoordt, gaat ze staan. Het getuigt van een beleefdheid die we in Nederland niet kennen. Waar in ons land zie je iemand zich zo uit een groep rondhangende pubers losmaken? Wij bedanken en het meisje gaat weer zitten.
De soepjeswinkel blijkt enorm in trek bij scholieren maar het personeel weet er het tempo aardig in te houden. De bediening is net iets ouder dan de scholieren. Ik heb het idee dat de school hier opleidt voor een baan in de horeca en dat de oud-leerlingen vervolgens in de eetgelegenheden terecht komen die vervolgens de leerlingen weer van eten voorzien. De scholieren kopen voor gemiddeld een tientje aan eten per persoon. Dan moeten ze dus minimaal tweehonderd Euro per maand zakgeld krijgen!
De soep is heerlijk, het advies was grandioos.
We stappen weer op de fiets.
Een eindje verder staan we enigszins vertwijfeld te kijken bij het begin van een pad. Ergens op de route bleek die ‘gesperrt’. Uit de aard van de afzetting en de bijbehorende mededelingen maakten wij op dat doorrijden echt geen optie was. ‘Gesperrt’. ‘Verboten’. ‘Gefährlich’. ‘Bauarbeiten’.
Als alternatief stond er een Google-Earth-foto met pijlen erin op een geseald A4-tje. (Het had een product van Joke kunnen zijn.)
Of we maar even een kilometer terug willen rijden. Ja, denk ik op zo’n moment, maak dat dan eerder duidelijk en laat niet alle bordjes eerst naar dit punt wijzen.
We vinden het bedoelde punt, maar na vijfhonderd meter staat naast het pad een paal met een reeks verkeersborden en onderschriften. ‘Verboden in te rijden’. ‘Gevaarlijk’. ‘Niet voor fietsers’.
We denken na: wat is nu de bedoeling? Is de weg niet berijdbaar voor fietsers of is de weg niet berijdbaar, maar geldt dit niet voor fietsers?
We komen er niet uit. Op dat moment komt er een meisje met volle snelheid op een mountainbike aanrijden. Ik maak een gebaar dat ik haar wat wil vragen.
Maarr ze stopt niet. Ze zwaait wel haar been over de stang zodat ze nu met volle vaart met twee benen aan een kant rijdt, alsof ze stept. ‘Ja,’ roept ze, zonder mijn vraag af te wachten ‘richtig: Eschenlohe. Geradeaus!’ En ze zwaait haar been weer terug en fietst verder.
Natuurlijk zijn we dankbaar met deze mededeling. Maar ik blijf nadenken over dat been dat ze even over die stang heen zette. Nou ja, niet over het been (al mocht dat er best wezen), maar over het gebaar.
Ik zie hier een parallel met het eerstgenoemde meisje: als iemand jou aanspreekt, ga je niet door met datgene waarmee je bezig bent, maar je antwoordt op het niveau van de vraagsteller. In het geval van de mountainbikester is het eerder een rudimentair gebaar, maar het gaat om de focus.
Het zet mij tot nadenken. Is het voor een vraagsteller altijd duidelijk dat ik er voor haar of hem ben? Of blijf ik in mijn eigen wereldje? Ik denk dat er wel iets te verbeteren valt.
Servus.
Jan Marten
-
12 Mei 2019 - 07:59
Marijanne De Rek:
Hallo JanMartin enJoke
Allereerst bedankt voor jullie berichten
Nu het eigen wereldje,Ikdenk als je iemand een vraag stelt .ervanzelf achter komt hoe zijn of haar reactie is .Het kan een goed gesprek worden ... Misschien kom je daardoor nader tot elkaar.Ik geniet van jullie reisverslagen,
Nu fiets nog lekker ;mooi weerGroetjes Marijanne -
19 Mei 2019 - 11:49
Ab:
Prachtige passage over "SERVUS" en de lichaamshouding.
PS: Ben terug uit een koud en nat, maar desondanks prachtig, Sauerland. Waar het wifi signaal te zwak was voor mijn laptop. Ben nu jullie verslagen aan het inhalen. Petje af voor jullie prestaties. Kwam daar af en toe met slechts 4,8 km/u omhoog. En dat zonder bepakking en knellende extra lagen broeken.
Wel weer met 50 km/u dalen (Ganz toll!!)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley