Vrijdag 25 juli 2014
Blijf op de hoogte en volg Jan Marten en Joke
26 Juli 2014 | Spanje, Verín
0 km fietsen totaal 1581 km
veel lopen
Weer een hele dag in Santiago! Joke zorgt ervoor dat alle bagage over zes stuks wordt verdeeld. Twee handbagage en vier stuks onder in de kofferbak. Ze maakt zich ernstig zorgen of alles wel meekan. Natuurlijk kan ik ook inpakken, en ben ik ook benieuwd of het allemaal meekan, maar zorgen maak ik me niet: 'Dan gooien we de tent toch weg!?' De rits van de tent gaat nog wel een keer of vier heen en weer, dus een weekendje kamperen kan nog, maar de waarde van de tent is echt nihil. Alleen de lichtgewicht haringen, die al een paar jaar ongeschonden meegaan, hebben we apart gehouden: die gaan in ieder geval weer mee.
We lopen nu al een kleine drie dagen door de stad. Het is bijzonder. Er zijn diverse politieorganisaties actief: de lokale politie, maar ook de ME. Er staan mensen met kogelvrije vesten en bewapend bij van die degelijke blauwe politiebusjes. Er zijn rond de kathedraal veel dranghekken en je wordt geregeld gecontroleerd als je door wil lopen, soms gefouilleerd. Joke moet zelfs de dop van haar waterflesje inleveren. Mijn dagrugzakje wordt helemaal bevoeld en er wordt driftig gevoeld aan mijn tasje met waardevolle papieren dat ik in mijn vest heb gerold. De politiemedewerkers hoeven het toch niet verder te zien. Ik krijg wat lacherig commentaar in het Spaans. Mijn voorkomen past dus niet bij het profiel van een terrorist of een dronkelap. Nou ja, ik weet natuurlijk niet of dat aan míj ligt of aan de aanwezigheid van Joke. Laat ik het op de combinatie houden...
We vermoeden deze dagen wel dat het te maken heeft met de viering van de dag van Jacobus, 25 juli, vandaag dus. Maar wat het feest precies inhoudt, wordt ons pas langzamerhand duidelijk.
Het vuurwerk van gisteravond is een onderdeel ervan, maar ook de carnavalsoptocht en de processie. Wat ons pas de laatste uren bekend is, is dat de koning komt.
Ik probeer me te herinneren welke koning dat dan moet zijn. Ja, de koning van Hispanje, want die heb ik altijd geëerd. Maar wèlke koning precies? Ik weet het niet. Ik kom niet verder dan Guan Carlos, wat ze hier schrijven als Juan, of als Xoan, waardoor je je soms in China waant, maar het blijkt de Galicische spelling te zijn.
Nee, het is Filips de Zesde. Van zijn voorganger er naamgenoot nummer Twee hebben onze vaderlandse-geschiedenisboekjes weinig goeds te vertellen, maar goed, ik ben niet bevooroordeeld: eerst maar eens zien.
We zijn niet de enigen hier die de koning willen zien. 's Morgens staan er rijen van een paar honderd meter om de kathedraal in te kunnen of om op het centrale plein te komen.
Er hangt een helikopter in de lucht, af en toe zie je een 'stille' en op het dak van de kathedraal zien we iemand van de beveiliging terwijl hij luidruchtig aan het bellen is. Toch is de sfeer niet grimmig. We zien een vreemd soort discipline bij de politie. Roken in uniform zou bij ons niet kunnen, hier kan het wel. Even gezellig met z'n tweeën een pilsje halen in diensttijd terwijl je bezig bent met een klus, het is wel Spanje, dus het kan.
Wat we ook merkten was dat er overal kleine en grotere spreekhoeken werden opgezet. Ook liepen mensen met vlaggen met 'BNG' erop. De Bank Nederlandse Gemeenten is immers overal. Nee, dit was toch wat anders. Het is een links-nationalistische partij, of liever: een verzameling van partijen. Als we even later voor een kopje koffie op een terrasje zitten trekt de hele BNG-stoet aan ons voorbij. Een bonte verzameling van groeperingen: vrouwen vóór abortus, boeren, de jongerenafdeling van de BNG, diverse communistische groepen, ontslagen werknemers van Citroen, anti-koningsgezinden, immigranten. Per groep zien we een andere doorsnee van de bevolking. Er wordt gescandeerd en gezongen. Veel groepen worden voorafgegaan door doedelzakken en percussie, het lokale instrumentarium hier. Het is hier dan ook zo Keltisch als in bijvoorbeeld Bretagne en Zuid-Engeland en Schotland. De laatste week zagen we al de stenen muurtjes, de als uit één steen gehouwen kerkjes, de stenen kruizen langs de weg. Het is zo leuk, dat we nog een kopje koffie/thee nemen. En een broodje, en een biertje. Ondertussen horen we de saluutschoten voor de Spaanse koning. Tenminste, dat nemen we maar aan.
De rest van de dag besteden we aan het zoeken naar een geschikt plekje om een paar kaarsjes te branden. We hebben verschillende mensen beloofd dat te doen en we willen zeker woord houden. Het is ook een stukje van het doel van onze tocht!
Maar helaas: de zoektocht van acht uur heeft niets opgeleverd. We moeten onverrichterzake terugkeren...
In de kathedraal kon je, dat wisten we al, door inworp van een muntje een imitatievlammetje laten branden, zo'n flikkerend led-lampje met de regelmaat van een vuurtoren.
Dat, beste mensen, zijn géén kaarsjes! Kaarsjes steek je aan met een vlammetje, het liefst aan een ander kaarsje. We zoeken ons rot naar een kerk die wèl kaarsjes heeft. Maar die Spanjaarden houden er gekke gewoontes op na: op de belangrijkste lokale kerkelijke feestdag, die van Sint-Jacob, doen ze alle kerken dícht, uitgezonderd een aantal grotere. Uiteindelijk vinden we de St. Fransiscus-kerk: daar branden ze kaarsjes. Alleen: die kaarsjes moet je zelf buiten de deur kopen. Ja, fijn, het is vandaag een feestdag. Alle relevante winkels zijn dicht. Dan maar terug naar de kathedraal om wat elektronische flipperkastlampjes te ontsteken tegen ons principe in. Maar omdat de koning vandaag is geweest, is het extra druk en kun je de kerk nauwelijks meer in.
Wat ons rest is dus de melding van een zoektocht naar echte kaarsjes. Misschien is die zoektocht wel waardevoller dan de echte kaarsjes. En brandt het vlammetje toch al.
Ergens.
Wie weet.
Jan Marten
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley